Eén van de sprekers bij LX2017 was Willem Jan Renger. Een deel van zijn verhaal is terug te zien in deze video van TEDxAmsterdamED uit 2013.
Taal
Interacitiviteit in games en spel is een taal die je kunt ontwikkelen, die je kunt leren begrijpen. Daarbij stuiten we op een generatiekloof. We geven les aan een generatie die van jongsaf aan technologie ter beschikking hebben. Zij beheersen die taal veel beter. Een tekstboek past niet bij de taal die zij spreken. Ook niet game-sausje over een leertaak.
Een groot misverstand over games is dat het leuk moet zijn. Dat is niet zo. Kijk maar naar de frustratie van de spelers. Het gaat er niet om dat het leuk is, maar betekenisvol. Kinderen die games spelen, proberen obstakels te overwinnen en er trots op te zijn. Dat klinkt niet altijd alsof ze het leuk vinden. Een ander misverstand is dat de opwinding (rode wangen, fanatisme, scheeuwen) tijdens het spel wordt opgevat als geweld.
Ontwerpen
Wat we kunnen leren van games voor het ontwerpen van onderwijs:
- Laat een rol spelen
In een game wordt een speler nooit als speler benadert, maar hij krijgt een rol. - Geef verantwoordelijkheden
De speler heeft verantwoordelijkheden. Als hij iets niet doet, gaat het mis. - Geef invloed
De speler kan het spel beïnvloeden. De speler is in actie en zijn acties doen ertoe. - Geef dynamische feedback
De speler krijgt dynamisch feedback tijdens het spel. Hij maakt strategische beslissingen en heeft daarvoor informatie nodig. - Zorg dat er een begeerlijk doel is
De speler heeft een doel dat hij graag wil halen. Een spel geeft vaak het pad weer wat de speler moet volgen en hoever hij al gevorderd is. - Vier successen
De speler viert zijn succes en krijg daarmee een duidelijk gevoel van voldoening. - Bied variatie in doen, acties (meer dan luisteren, kijken en lezen)
In een game moet verschillende dingen doen, actie-werkwoorden.
Alle technologie die daarbij gebruikt wordt, is slechts een middel. In role-play gebeuren dezelfde dingen, het is dezelfde taal, maar zonder technologie.